Herfst, ongewenste huisgenoten, en heel veel roadtrips

20 april 2023 - Twizel, Nieuw-Zeeland

Op moment van schrijven, het is nu 3 april, zit ik in m’n fleece badjas op de bank naast de haard die - zeker niet voor het eerst sinds we hier zijn - gezellig staat te branden en bijdraagt aan het sfeertje door af en toe te knetteren. Verder is het nog maar half acht in de avond en al pikkedonker buiten (de tijd is hier afgelopen weekend verzet). En terwijl ik de afgelopen weken in m’n hoofd bij langs ga en foto’s terugkijk om te bedenken waar ik over ga schrijven, realiseer ik me dat onze laatste keer zwemmen al weeeeken geleden is. Daarbij komt dat we al meerdere keren de autoruit hebben moeten krabben in de ochtend (wat ik bij gebrek aan een echte krabber steeds maar met m’n OV chipkaart doe🙈). Ook is het al minstens een week geleden dat ik voor het laatst een korte broek aan had. Verder ligt er een laagje sneeuw op de toppen van de anders super kale bergen die Twizel omringen. De bomen daarentegen beginnen de mooiste kleurencombinaties te krijgen. Het feit dat ik een paar weken geleden heel erg de behoefte kreeg om een appeltaart te bakken, draagt alleen maar bij aan het herfst sfeertje dat hier hangt. En ook de volgende anekdote zal haarfijn demonstreren dat de zomer echt op z’n retour is hier: 

Aangezien het huis waar wij in wonen alleen verwarmd kan worden met een houtkachel, werd het ons op de eerste koude en regenachtige dag van dit seizoen direct duidelijk dat we zo snel mogelijk brandhout moesten hebben. Omdat verwarming bij onze huurprijs inbegrepen is, is dit een taak voor Amy om te regelen. Amy was echter in de veronderstelling dat de ‘woodshed’ in onze achtertuin nog gevuld was, maar deze was helemaal leeg. Ze zei dat, totdat ze voor alle vakantiehuisjes een lading brandhout zou bestellen en dus ook voor ons, we zo lang hout bij haar konden ophalen. Na twee super koude en regenachtige dagen zijn we dus naar haar huis gegaan om wat hout op te halen. Het zou niet lang koud blijven, dus haalden we een beetje hout op. We kwamen er echter achter dat Amy haar hout open en bloot in de achtertuin heeft liggen en dat het hout dus twee dagen in de stromende regen had gelegen… Toen was dat niet zo’n probleem aangezien het weer warmer werd en we het hout binnen konden drogen tot we het nodig zouden hebben. Het probleem ontstond toen dit hout opraakte: het in de zomer kurkdroge klimaat in Twizel was namelijk omgeslagen na een super wisselvallig klimaat met dusdanig veel regen dat al het dode en dorre gras binnen no-time weer groen was en iedereen in Twizel ineens verwoed aan het grasmaaien was. Super voor het gras, maar minder super voor het hout… We voelden er dus niet zo heel veel meer voor om hout bij Amy op te halen. Uiteindelijk zei één van onze collega’s dat we wel wat hout bij één van de vakantiehuisjes weg mochten halen. Het huisje op 21 Simons Street had direct onze voorkeur want we wisten dat hier nog hout van vorig jaar in een afgesloten schuur lag (hadden we misschien stiekem ook al eerder wat houtblokken vandaan gehaald…😳). Diezelfde middag zijn Iris en ik dus in de auto gestapt om een houtvoorraadje te halen. We dachten dat er geen gasten in het huisje zaten, maar helemaal zeker weten deden we niet. Eenmaal bij het huisje aangekomen zagen we geen auto op de oprit staan. Onder het motto van: ‘ik zet geen stap meer dan nodig is’ (hebben we in Canada geleerd: hier rijden mensen hun auto letterlijk van de ene naar de andere kant van één en dezelfde parkeerplaats als ze naar meerdere winkels op hetzelfde terrein moeten) heb ik de auto in de achtertuin geparkeerd (het hek stond open dusja waarom niet). Nadat ik de auto in de achtertuin zo gedraaid had dat de kofferbak op de houtschuur gericht stond, stapten we uit om hout in de auto te laden. Nog steeds niet helemaal zeker wetende of er wel of geen mensen in het huisje waren, kregen we op dat moment de slappe lach om het idee dat er misschien wel mensen waren: komt er ineens een klein autootje met twee meiden de achtertuin in rijden, die vervolgens de auto in de niet al te grote achtertuin zo keren om deze vol te laden met brandhout. Dit alles terwijl we keihard de muziek aan hadden staan haha. Zou dit genoeg reden zijn voor Amy om ons te ontslaan? Had ze maar op tijd brandhout moeten regelen I guess… We hebben uiteindelijk geen gasten gezien, maar de buurvrouw heeft ons wel een hele tijd nieuwsgierig en ietwat achterdochtig van achter de schutting gadegeslagen… 

Toen we vorige week van werk thuiskwamen was ons hout probleem echter in één klap opgelost: het brandhoutmeneertje van Twizel had letterlijk een aanhangwagen vol hout op onze oprit gedumpt (en daarmee onze auto compleet ingesloten -> zie foto), wat betekende dat we niet meer op twijfelachtige hout-sprokkel-missies hoeven te gaan (wat ik stiekem wel jammer vind trouwens🙈). Inmiddels (het is nu 20 april) is er een zogenoemde heat pump in ons huis geïnstalleerd dus is de kachel nu meer een leuke extra geworden dan een eerste levensbehoefte haha

De afgelopen weken hebben we, vooral in onze weekenden, weer super veel leuke dingen gedaan en mooie dingen gezien. Zo zijn we op een vrije dag naar de Tasman Gletsjer gereden. Hier waren we al eerder geweest, maar we hadden de gletsjer altijd alleen maar in de verte zien liggen. Deze keer zijn we echter helemaal langs het Tasman Meer, het meer waar de gletsjer in uitmondt, gelopen totdat we Nieuw Zeeland's grootste gletsjer konden horen kraken🤩! We hebben super lang naast de gletsjer, die zo'n twee kilometer breed was op de plek waar wij zaten, gezeten om dit ongelooflijke natuurfenomeen niet alleen te bewonderen met onze ogen, maar ook met onze oren. Hoewel ik nog nooit eerder een gletsjer had gehoord, klonk het precies zoals ik me had voorgesteld. Het woord dat in me opkwam om het geluid te beschrijven was 'groots'. En het was bizar om deze grootse geluiden te horen en toch helemaal niets te zien instorten, afbreken, verschuiven, of uit elkaar te zien vallen vanaf waar wij zaten. Hoewel ik wist dat gletsjers constant veranderen, voelde het door het gekraak en gerommel bijna alsof het een levend wezen is dat tussen de bergen woont. Heel erg indrukwekkend! Toen we ons eindelijk los konden maken van dit vette natuurfenomeen zijn we, parallel aan de gletsjer, verder de onbewoonde bergen van het nationale park ingelopen. We waren amper onderweg of het 4 wheel drive pad dat ook het wandelpad vormde, verdween plotseling in een tientallen meters diep ravijn. Zo'n 150 a 200 meter verderop ging het weer verder. Een paar jaar geleden had een aardverschuiving het pad compleet weggevaagd. Dit betekende een hele leuke detour met het nodige geklim en geklauter. Waar we de hele tijd parallel langs het meer en vervolgens de gletsjer hadden gelopen, boog het pad nu met een enorme lus een soort van om de aardverschuiving heen. Dit betekende dat we nu een paar honderd meter parallel met de aardverschuiving moesten mee 'lopen': er was totaal geen pad maar de bodem bestond uit grote stenen en rotsen. Dit in combinatie met het feit dat we de nodige hoogtemeters moesten maken om de aardverschuiving te kunnen 'doorkruisen' maakte het lopen best wel vermoeiend. Het ravijn werd echter steeds minder diep totdat we op een punt kwamen dat we er in af konden dalen om er vervolgens weer uit te lopen/klimmen. Sinds het pad was verdwenen hadden we echter geen enkele richtingaanwijzing gezien en daar waar de grond relatief vlak was geweest aan de 'steen'kant van de aardverschuiving, grensde het ravijn aan de andere kant tegen een behoorlijk steile bergwand aan. Omdat we totaal geen pad zagen, hebben we even staan twijfelen of we wel door zouden gaan, maar zodra we het ravijn weer uitgeklauterd waren, zagen we zowaar een oranje paaltje staan. Het echte geklim begon nu: we moesten via de steile bergwand weer op het pad zien te komen wat een hoop handen en voeten werk (met behulp van touwen die op sommige plekken hingen) betekende. Iets wat ik absoluut enig vind, maar onze lieve Marjell wat minder haha. Het is ons echter gelukt en na zo’n veertig minuten stonden we weer op het pad. Vanaf hier zijn we nog een stukje verder langs de gletsjer gelopen totdat we bij een super mooi uitzichtpunt over nog meer gletsjers en besneeuwde bergtoppen kwamen. Hier hebben we wederom zitten genieten van het mooie uitzicht en de krakende gletsjer, totdat we uiteindelijk weer via dezelfde weg terug zijn gelopen (en geklommen). Een super geslaagd dagje dus!

Een ander super vet natuurverschijnsel wat ik nog nooit eerder in mijn leven had gezien, was het zuiderlicht dat een paar weken geleden boven Twizel verscheen😍. Waar er eerst alleen een vage groene gloed in het zuiden hing, verschenen er uiteindelijk plotseling enorme rood/roze ‘pilaren’ in de lucht: suuuuuper vet en zeker een bucketlist dingetje!

Tijdens één van onze weekenden zijn we ook voor het eerst een nachtje wezen kamperen aan de voet van Mt. Cook. Aan het begin van de middag kwamen we aan en hebben we hier eerst de tent opgezet en de auto omgebouwd. Vervolgens hebben we de Sealy Tarns Track gedaan. Met 2200 traptreden🥵 was deze hike zowel mentaal als lichamelijk heel erg zwaar (ik wist niet dat het kon, maar zelfs mijn organen leken de volgende dag spierpijn te hebben😂). Eenmaal boven werden we echter beloond met een geweldig mooi uitzicht over Mt. Cook, de Tasman vallei, en Mt. Sefton. We konden zelfs (met de inzoomfunctie van de camera) de tent en Tori zien staan op de camping in het dal haha. Na het prachtige uitzicht in ons opgenomen te hebben zijn we weer naar beneden gelopen (wat eigenlijk net zo erg was als naar boven lopen: we stonden alledrie letterlijk te trillen op onze benen nadat we de 2200 traptreden weer afgelopen waren😰). We hebben even gechilld bij de tent, genoten van het zonnetje, en avond gegeten. Na het eten hebben we de Hooker Valley Track gedaan. Deze wandeling brengt je in vijf kilometer naar het gletsjermeer aan de voet van Mt. Cook. Normaal gesproken is deze wandeling verschrikkelijk druk, maar doordat we pas na het avondeten gingen, was het heeeerlijk rustig. We waren precies op tijd voor de zonsondergang: hoewel we deze niet konden zien ondergaan achter de horizon, was het super mooi om te zien hoe de laatste zonnestralen Mt. Cook een knalroze en oranje gloed gaf🤩✨. Voor het ultieme geniet momentje hadden we sticky toffee pudding en fruit uit blik meegenomen om te nuttigen als toetje haha. Toen we de vijf kilometer weer terug naar de camping liepen, werd het super snel donker. In plaats van de zon scheen de maan nu op de bergen waardoor de sneeuw op de bergen magisch oplichte✨. 

Verder hebben we hét evenement van het jaar bijgewoond (als je in Twizel woont in ieder geval haha). Al weken en weken had iedereen het over niets anders: Het Twizel Salmon and Wine Festival. Waar onze verwachtingen niet al te hoog waren (het is en blijft Twizel, een stadje met zo’n 1500 inwoners dat letterlijk in de middle of nowhere ligt want welke kant je ook op rijdt: het duurt minstens twee uur voordat je bij een andere fatsoenlijke ‘stad’ bent (we hebben het dan nog steeds over plaatsen met minder dan 15.000 inwoners)). Tijdens het festival liep Twizel echter over van de mensen: er waren bijna 5000 !! kaarten verkocht. Het festival vond plaats bij Lake Ruataniwha waar we hebben genoten van een zonovergoten dag met onze collega’s (wel alleen met onze mede-internationale collega’s, er is hier een beetje sprake van segregatie wat dat betreft😂. Deze segregatie heeft overigens ook geleid tot een behoorlijk ongemakkelijk personeelsuitje, maar daar hebben we het maar niet meer over haha). Er was live-muziek, heel veel wijn en speciaalbier, lekker eten (heb zowaar een echte belgische wafel gehad), en super veel gezelligheid. 

Naast dat we nog steeds zo’n 30 uur per week werken, zijn er genoeg leuke dingen waarmee we onze vrije tijd hebben opgevuld de afgelopen tijd. Hieronder vallen de spontane roadtripjes naar Lake Ohau met de muziek keihard aan, golden hours en zonsondergangen najagen bij onder andere Lake Pukaki, Lake Ruataniwha, en op de vlaktes net buiten Twizel, en wandelen bij Benmore Peninsula en Mt. John (inclusief appeltaart als lunch😋). Ook zijn we een dagje naar Wanaka geweest, waar we een hele mooie wandeling gedaan hebben naar de zogenoemde Rocky Mountain💔 Summit en waar we traditiegetrouw pizza zijn wezen eten en een drankje zijn wezen drinken. Ten slotten hebben we de North Temple Track voorbij Lake Ohau gelopen: een hele mooie en avontuurlijke wandeling met de nodige rivercrossings naar een super mooie plek waar de bergen als een arena om ons heen lagen. 

Verder hebben Iris en ik ‘oude’ vrienden van ons ontmoet. Jan en Katerina, het Tsjechische koppel waarmee we ongeveer een jaar geleden alweer de zolder op Ashley Park House in Ierland deelden, zijn namelijk al een paar maanden in Nieuw-Zeeland en waren eindelijk in de buurt van Twizel! Ik kan bijna niet beschrijven hoe verschrikkelijk leuk het was om deze twee vrienden weer te zien (zeker aangezien we in Twizel nooit echt vrienden hebben kunnen maken🥲. De enige mensen die bij vrienden in de buurt komen zijn onze huisgenoten en collega’s Oli en Clair en onze Franse collega’s Lucie en Florian, die alweer weggingen voordat we überhaupt iets van een vriendschap konden opbouwen). Des te fijner was het om de avond met Jan en Katerina door te brengen bij Lake Ruataniwha en even heerlijk bij te kletsen en lol te hebben. 

Een ander leuk weekend dat we gehad hebben bestond uit (tweedehands) winkelen in Wanaka, omhoog rijden naar het Cardrona Alpine resort om zonder al te veel lichamelijke inspanning hoog in de bergen rond te dwalen, te schommelen (zie foto’s) en zelfs een sneeuwballengevecht te hebben, en door rijden naar Queenstown voor een drankje en een camping. De volgende dag hebben we groooooote boodschappen gedaan in Queenstown (wederom: zie foto’s maar liever niet onze bankrekeningen haha) en hebben we gewandeld bij Arrowtown. Dit is een super schattig en goed bewaard gebleven goudmijnstadje. Na rondgewandeld te hebben in het bos en langs de rivier, hebben we op een super schattig terrasje genoten van heerlijke smoothies en live-muziek. 

Omdat we een aantal weken geleden niet twee maar drie dagen achter elkaar vrij waren, konden we eindelijk wat verder weg gaan dan normaal. Direct na werk zijn we daarom eerst naar Dunedin gereden, een grotere stad aan de oost-kust van Nieuw-Zeeland. Nadat we wat struggles hadden met het vinden van een camping (veel was vol) kwamen we uiteindelijk terecht bij een paardenracebaan: als er geen paardenraces waren, konden mensen kamperen op het grote terrein van de racebaan. Een keer wat anders haha. We hebben die avond gegeten op één van de tribunes en genoten van de lucht die super mooi kleurde voor de zonsondergang. De volgende dag begon regenachtig. Dit maakte gelukkig helemaal niets uit want we hadden alle drie een Thaise massage gepland in Dunedin en waren daarna van plan om naar het Tuhura Otago Museum te gaan. Naast dat er veel mooie kunst en interessante informatie over de Nieuw-Zeelandse geschiedenis en geografie was, waren de stukjes Nederlandse geschiedenis ook erg leuk haha (denk aan Abel Tasman bijvoorbeeld). Na een paar uur zaten onze hersenen vol met informatie (en alle parkeerplaatsen overvol met auto’s), en konden onze zielen en harten wel weer wat rust en natuurschoon gebruiken. We zijn daarom snel naar het zuiden gereden. Onderweg zijn we langs Kaka Point gekomen, zijn we gestopt bij Nugget Point: een vuurtoren met een soort van ‘nuggets’ in de zee (zie foto’s haha), kwamen we langs een tuin met veel te veel theepotten😳 (wederom: zie foto’s), en hebben we een waterval bezocht. Terwijl we stonden te genieten van de waterval, werd er, over het geluid van het vallende water, plotseling naar ons geschreeuwd. We hadden tot dan toe helemaal alleen bij de waterval gestaan, maar nu draaiden we ons om en zagen we dat er twee mensen enthousiast op ons afkwamen. Ik dacht bij mezelf: wat is dit nou weer, wie zijn deze mensen, wij kennen hier helemaal niemand, doe normaal😂. En het duurde dan ook even tot het kwartje viel, maar ineens zagen we dat het Lucie en Florian, onze oud-collega’s, waren! We hadden geen enkel idee van elkaar dat we in dezelfde omgeving waren dus dit was één grote verrassing. Helemaal blij begroetten we onze vrienden (jeeeejjj!! We hebben dus toch wel vrienden!!) en al snel hadden we besloten die avond naar dezelfde camping te gaan. Diezelfde avond zaten we weer als vanouds spelletjes te doen, deze keer echter niet in een huisje in Twizel, maar in de campervan van Lucie en Florian op één van de mooiste campings ooit. De volgende ochtend begon ik de dag met een wandeling over het afgelegen strand waar de camping op uitkeek. De oceaan, de kliffen, en het strand waren allemaal super mooi en als kers op de taart kwam ik uiteindelijk drie zeehonden die op het strand aan het chillen (en vechten, ben er met een grooooooote boog omheen gegaan) waren. Nog steeds ietwat verbaasd dat we elkaar bij een random waterval tegen waren gekomen, namen we die ochtend afscheid van Lucie en Florian. De rest van de dag bestond uit heel erg veel watervallen (waarvan we er één ‘beklommen’ hebben waardoor we uiteindelijk bovenop de waterval stonden en naar beneden konden kijken), prachtige regenwouden, heel veel goede muziek, en de woeste oceaan bij Curio Bay. Aan het eind van de dag kwamen we aan in de stad Invercargill: eindelijk weer bewoonde wereld en, heel belangrijk, een supermarkt (die waren we de hele dag nog niet tegengekomen namelijk). Eenmaal in de supermarkt viel het ons echter op dat er letterlijk geen enkel ‘normaal’ mens rondliep. Nou kun je je afvragen ‘wat is normaal’, maar dit was echt niet normaal. Het leek alsof elk mens ontsnapt was uit een foute film, een gekkenhuis, de gevangenis, of een ander soort instelling. Wij hebben geconcludeerd dat, aangezien Invercargill Nieuw-Zeelands’ meest zuidelijke stad is, het misschien wel het afvoerputje van het land is (later werd dit overigens bevestigd door onze collega’s: ‘oh yeah, Invercargill, yeah, they’re something else’😂🙈). Na ons supermarktbezoek dat door al deze vreemde vogels net een soort rare droom had geleken, hebben we dan ook snel takeaway gehaald en deze gekke stad weer achter ons gelaten. We kwamen uiteindelijk terecht op een camping waar verder helemaal niemand was: de laatste zonnestralen zorgden ervoor dat het gras knalgroen was en we hebben onze auto geparkeerd en tent opgezet onder de meest idyllische boom ooit. We hebben gebruikgemaakt van de afwezigheid van andere homo-sapiens door keihard de muziek aan te zetten tijdens het opzetten van de tent en ombouwen van de auto. Erg fijn allemaal. Vervolgens werden we blij verrast door het feit dat de toiletten - die zich in de meest eng uitziende hokjes ooit bevonden - op deze camping in de middle of nowhere zowaar doorspoelbaar waren: onze dag kon niet meer stuk! Die avond hebben we een film gekeken in de auto, en de volgende ochtend hebben we heerlijk in het zonnetje ontbeten. Vervolgens zijn we weer naar Twizel gereden, wat nog zo’n 4,5 uur rijden richting het noorden was. We hadden de regenwouden alweer achter ons gelaten, en al snel maakten de glooiende groene heuvels plaats voor de kale hoge bergen van het Mackenzie District. 

En dan nog even heel iets anders: op 20 Sefton Street hebben we namelijk na weken, misschien wel maanden, eindelijk een raadsel opgelost. Ongeveer sinds wij hier wonen hoort Iris ‘s nachts namelijk dingen op de ‘zolder’ (zoals de meeste huizen in Nieuw-Zeeland bestaat ons huis alleen uit de begane grond, maar zit er wel een onafgewerkte zolder waar je niet kan staan boven onze hoofden). Omdat ze een beetje bang was dat ze gek aan het worden was, durfde ze heel lang niets te zeggen, maar omdat het haar toch een beetje zenuwachtig maakte vroeg ze Marjell en mij op een dag of wij ook wel iets op de zolder hoorden. Wij hadden allebei nog nooit iets gehoord, en toen we vroegen wat ze dan precies hoorde, antwoordde ze: ‘het klinkt alsof er iemand op de zolder loopt, als menselijke voetstappen’. Al snel hebben we dit in de groep gehoord en het met Oli en Clair besproken, maar ook zij hadden nog nooit iets gehoord. Toch bleef Iris het horen, en toen Iris, Marjell en ik terugkwamen van een weekend weg had ook Oli het gehoord. Hij zei precies hetzelfde als Iris: ‘het klinkt als menselijke voetstappen’. Nou hadden we het weken geleden over een fenomeen gehad in de Verenigde Staten: er schijnen dus mensen te zijn die inbreken in enorme villa’s om daar vervolgens in de kelder of op zolder te wonen. Zodra de bewoners van deze villa’s naar hun werk gaan, komen deze mensen tevoorschijn: ze eten kleine hoeveelheden eten (om maar niet op te vallen), nemen af en toe een douche, of kijken één of twee afleveringen Netflix. Aan het eind van de dag, wanneer de bewoners terugkomen van hun werk, verdwijnen ze weer naar de kelder of zolder. En op deze manier zouden deze mensen dus weken, maanden, misschien wel jaren zonder dat de bewoners zelf ook maar iets doorhebben 'mee'-wonen in deze huizen. Schijnt. Nou wonen wij niet bepaald in een villa, maar toch. Met dit in ons achterhoofd en omdat we het allemaal wel erg vreemd en onverklaarbaar vonden, besloten we om op onderzoek uit te gaan. Boven onze wasmachine zit namelijk een luik in het plafond. In een heldhaftige bui is Oli bovenop de wasmachine geklommen in de hoop een eind te maken aan dit raadsel wat al weken en weken een rol speelde in ons leven. Hij deed het luik open, en kwam net met z’n hoofd boven de zoldervloer uit. Vol verwachting keken we toe. Na een paar eindeloze seconden zei hij: ‘ik zie eigenlijk helemaal niets’. Hij keek nog eens rond en scheen deze keer met de zaklamp van zijn telefoon de hele zolder rond. ‘Oh wacht, er ligt hier wel een slaapzak.’ In eerste instantie begonnen we allemaal te gillen, maar het drong (behalve bij Iris) al snel door dat Oli, onze oh zo Britse huisgenoot en collega, zowaar een grapje maakte😱😂. Hij sprong weer van de wasmachine af en zei dat er niet eens een vloer op de zolder lag wat zou betekenen dat je door het plafond zou zakken als je op de zolder zou proberen te lopen. Enigszins gerustgesteld maar niet helemaal tevreden gingen we allemaal weer door met ons leven. Iris, en ook Oli en Clair, bleven het geluid ‘s nachts echter horen. Uiteindelijk heeft Clair het hele internet afgezocht met de volgende conclusie: het moest een eend of een possum zijn. Bij gebrek aan water op onze zolder leek een eend ons een beetje sterk. Een possum, een dier dat zich hier als een ware plaag door het land heeft verspreid, zou echter veel aannemelijker zijn. Volgens internet zouden deze beesten bewust stampen en daardoor precies zo klinken als menselijke voetstappen. Nou, na mijn possum trauma van vijf jaar geleden had ik toch echt liever gehad dat er een mens in woningnood op onze zolder woonde en zo af en toe gebruik maakte van onze douche…😶.

Goed, omdat ik niet wil afsluiten met narigheid, nog een laatste uitje: tijdens het paasweekend (we hadden vier! dagen vrij), hebben we een heerlijke roadtrip naar de westkust gemaakt. Direct na werk zijn we naar Wanaka gereden. Hier hebben we op een camping geslapen waar het stikte van de konijnen (is een andere plaag hier, vooral Iris vond dit niet zo leuk). De volgende dag zijn we langs Lake Hawea richting de westkust gereden. Al snel maakten de kale bergen plaats voor bergen die begroeid waren met eindeloze regenwouden🤩 (iets met loef en lijzijde #aardrijkskunde). We zijn onderweg gestopt voor een kleine wandeling naar een uitzichtpunt en een aantal watervallen. Uiteindelijk verscheen de Tasman Zee en hebben we een super mooi wandelingetje door een regenwoud naar een duinmeer gemaakt. Vervolgens liepen we zo het strand op en zagen we vlak voor onze neus een paar dolfijnen zwemmen! Ik stond letterlijk te springen als een klein kind haha, echt suuuuper vet. We hebben vervolgens op onze blote voeten genoten van een wandelingetje over het strand waarbij de dolfijnen telkens weer verschenen in de golven🤩. Vervolgens zijn we via de kust richting het noorden richting de Fox Glacier gereden. Hier in de buurt zouden we naar een camping gaan waar Iris en ik vijf jaar geleden ook waren geweest. Wat me vooral bijgebleven was van deze camping, die super mooi in de duinen gelegen is met aan de ene kant de zee en aan de andere kant de bergen in de verte, waren sandflies. Deze vreselijke schepselen (1000000x erger dan muggen) zwermden vijf jaar later helaas nog steeds rond op dit mooie plekje dat anders zo paradijselijk had kunnen zijn. Zodra we ons kamp weer hadden opgeslagen en zo goed als elk stukje huid bedekt hadden, zijn we naar het strand gelopen om de zonsondergang te bekijken. Toen deze eenmaal was ondergegaan en we ons omdraaiden om weer naar de auto en tent te lopen, zagen we dat de wolken die de hele tijd in de bergen hadden gehangen aan het opklaren waren en zagen we niet alleen de Fox Glacier maar konden we zowaar Mt. Cook zien🤩. De volgende dag was het stralend blauw en lekker warm. Ik ben de dag begonnen met een wandeling door de duinen met super mooie uitzichten op Mt. Cook. We hadden honderden kilometers gereden, en waren nu dichter bij Mt. Cook dan wanneer we in Twizel zijn, heel raar idee haha. We hebben het ‘s ochtends lekker rustig aan gedaan en zijn uiteindelijk naar Lake Matheson gereden (onderweg zijn we alleen maar bezig geweest met het dooddrukken van tientallen sandflies die zich die ochtend in de auto gevestigd hadden) voor een wandeling om het meer met uitzichten op Mt. Tasman en Mt. Cook. We hebben de wandeling afgesloten met een ijsje op het terras met nog steeds uitzicht op de prachtige bergen. Vervolgens zijn we naar de Franz Josef gletsjer gereden om daar een stukje te wandelen en de gletsjer van dichtbij te zien. Het was mooi, maar met de Tasman gletsjer in onze achtertuin raken we misschien toch een beetje verwend?🙈 We zijn vervolgens verder naar het noorden gereden om nog net voordat we het binnenland inreden richting een camping, nog een zonsondergang in de zee mee te pakken😍. De volgende dag zijn we via de Arthur’s Pass weer naar Twizel gereden. We waren eerst van plan om nog een nachtje in de Arthur’s Pass te slapen, maar het weer sloeg om, dus na een korte wandeling naar een waterval zijn we begonnen aan de lange weg terug naar Twizel (in totaal hebben we ruim 1000 kilometer afgelegd tijdens het lange weekend). Daarnaast was Marjell de ganse nacht bezig geweest met het her-oppompen van haar luchtbed want deze was lek gegaan. Toen Iris en ik die ochtend wakker waren geworden had het arme kind al een uur lang (ietwat boos) op een steen naast de tent zitten wachten 😂🙈. 

Hoewel het misschien klinkt alsof we alleen maar leuke dingen doen (en dat doen we ook echt wel veel), werken we dus ook nog steeds elke week ruim dertig uur. En ik moet zeggen dat dertig uur per week vakantiehuisjes schoonmaken zo langzamerhand best wel heel erg gaat vervelen😅. De weekenden en alle uitstapjes maken het helemaal waard, maar het feit dat we een POSSUM als huisgenoot hebben helpt dan weer niet echt mee😂.

Foto’s

7 Reacties

  1. Roel Veurink:
    20 april 2023
    Suuuuper mooi dames
  2. Annemarie:
    20 april 2023
    Heerlijk verhaal weer!😍
  3. Hanneke:
    20 april 2023
    Erg leuk om weer over jullie belevenissen te lezen, en wat is het mooi daar! Geniet er nog maar van. Groetjes
  4. Evert:
    20 april 2023
    Wat een avonturen beleven jullie. Super mooie foto's. Geniet er samen van.
  5. Henny:
    22 april 2023
    Wat heb je weer een prachtig verhaal geschreven, wat super mooie foto's weer, jullie doen en beleven daar heel veel,
    Nog een hele fijne tijd daar,❤️🙋‍♀️
  6. Bet Backer:
    24 april 2023
    Weer een mooi reisverhaal en prachtige foto’s
    Hou deze herinneringen vast en geniet.
  7. Paps:
    25 april 2023
    Weer genoten. Maar dat wist je al wel